De beste fout van: Svenja Vollmer
“Mijn onderbuikgevoel zei het. Mijn collega’s zeiden het. Ik negeerde al die stemmen en nam de verkeerde kandidaat aan.”
We zijn soms zo bang om fouten te maken, dat we uit angst voor de eventuele gevolgen geen actie ondernemen. Bang om te falen, bang voor wat onze omgeving ervan vindt, bang dat het niet in ons “Instagrammable perfect life” past…
Zonde, want fouten maken is DE manier om te leren en om jezelf te ontwikkelen. En dus vieren wij bij Doors Open het maken van fouten! Elke maand interviewen we ondernemers, leiders, topsporters… Mensen die net als jij met vallen en opstaan zijn gekomen waar ze nu zijn. Zij vertellen over hun beste fout: een fout waar ze veel van geleerd hebben en die ze verder heeft geholpen in hun ontwikkeling.
In deze editie
Svenja Vollmer
Woonplaats: Den Haag
Beroep: Teamleider “Youth and Women Empowerment”, Division for Peace, United Nations Institute for Training and Research
Een belangrijk onderdeel van Svenja’s baan bij het United Nations Institute for Training & Research (UNITAR) is het aannemen van zowel consultants als stagiairs om haar team te ondersteunen bij het implementeren van trainings- en ontwikkelingsprojecten. Recentelijk was er behoefte aan een nieuw teamlid voor een specifiek project. Svenja wist van tevoren dat een hectische planning in die periode van het jaar niet dezelfde mogelijkheden voor begeleiding en mentorschap bood zoals ze dat normaal gesproken kan bieden. Dat hield in dat ze iemand nodig had met ervaring, een steile leercurve en de mogelijkheid om zelfstandig te werken. Uiteindelijk nam ze iemand aan die aan geen enkele van deze voorwaarden voldeed.
Wat heb je fout gedaan tijdens het selectieproces van deze specifieke kandidaat?
Wanneer ik aan het recruiten ben, word ik altijd geconfronteerd met een moreel dilemma. Ik voel dat het mijn taak en de taak van UNITAR is – we zijn tenslotte een trainingsinstituut én onderdeel van de Verenigde Naties – om empowerende mogelijkheden te bieden en diversiteit te omarmen. Het streven van de VN is om een afspiegeling te zijn van de wereld, en dus let ik daar altijd op tijdens het recruitmentproces.
Voor deze specifieke rol stonden er 3 mogelijke kandidaten op de uiteindelijke shortlist, allen met een verschil in zowel culturele als educatieve achtergrond. Uiteindelijk nam ik één van de kandidaten aan. Zij was niet degene met de beste kwalificaties, maar sloot goed aan bij mijn waarden van diversiteit en empowerment. Door deze waarden de hoogste prioriteit te geven, plaatste ik mijn eigen behoefte en de behoefte van de organisatie op een tweede plaats.
“Het bleek een vergissing te zijn die voor beide partijen negatieve gevolgen had.”
Voor mijn teamlid, dat niet bekend was met het werkveld van de VN, noch onze manier van werken, was het behoorlijk frustrerend. Zij kreeg niet de tijd, aandacht en begeleiding die ze nodig had. Tegelijkertijd zat ík nog steeds met een deadline en een project dat tot uitvoer gebracht moest worden.
Wat heb je hier van geleerd?
Dit heeft me laten inzien dat het belangrijk is om realistisch te zijn wanneer je een keuze maakt voor een nieuw teamlid, je tijd en middelen in ogenschouw nemend. En natuurlijk moet je dat ook in balans zien te brengen met je emoties en gedachten, evenals met de waarden en behoeften van de organisatie op dat moment.
Mijn trainershart kiest nagenoeg altijd de kant van de underdog. Ik ben een zeer meelevend persoon en als ik iemand zie die het in zich heeft – en dat had deze vrouw – denk ik meteen: “Ik kan deze persoon empoweren.” En áls ik deze specifieke kandidaat voor dezelfde of een ander positie had aangenomen op een ander moment, weet ik zeker dat het veel beter had uitgepakt voor ons allebei. Voor toekomstige selectierondes zal ik er dan ook voor zorgen dat ik aan de verwachtingen en behoeften van zowel de organisatie als het teamlid kan voldoen.
Is er iets wat je anders had kunnen doen?
Ja. Mijn collega’s gaven vanaf het begin al hun twijfels aan over mijn selectie en de achterliggende redenen. En heel eerlijk, ook mijn onderbuikgevoel zei dat ik haar niet de begeleiding kon geven die ze nodig had. Ik heb mijn waarden de overhand laten nemen in mijn beslissing en dat heeft uiteindelijk niemand goed gedaan.
Ik heb overigens ook de neiging om altijd te denken dat de makkelijkste keuze de verkeerde keuze is. Dat het niet juist is om de kandidaat aan te nemen die nauwelijks begeleiding nodig heeft, daarmee maak je het jezelf te makkelijk. Nu weet ik dat het af en toe, voor ieders bestwil, goed is om juist wel voor zo’n oplossing te gaan. We moeten niet zo streng zijn voor onszelf!